Spätburgunder: Duitsland op z’n best
Wie ooit op vakantie is geweest in het prachtige Zuid-Duitsland herkent het vast wel: tijdens een heerlijke wandeling zie je hoog in de bergen licht branden. Je hebt geen idee waar dat licht vandaan komt en je vraagt je ook af wat er te beleven valt. Is het een woonhuis, een skihut? Je nadert het licht en komt erachter dat het een karakteristiek, Duits restaurant is. Maar je bent er niet op gekleed en besluit het de volgende dag opgedoft met een bezoek te vereren. Eenmaal binnen word je meegenomen door een kaart met prachtige klassieke gerechten en jij kiest voor de lamsrack. En dan krijg je wijn geserveerd die ingeleid wordt door een prachtige anekdote van de ober.
Terwijl je uitzicht hebt over de vallei neem je een eerste slok. Het is de Spätburgunder, beter bekend als Pinot Noir. Hij is, zo weet je inmiddels van de ober, anderhalf jaar gerijpt in houten barriques. De druiven zijn met de hand geplukt. En door de klimaatverandering wordt ook de Pfalz steeds warmer, wat de kwaliteit van de druiven zeker ten goede komt. Deze wijn is net als goede koffie op het perfecte moment. Harmonieus. Het is echt een van de betere wijnen van dit wijnhuis. Met deze wijn heb je iets te vieren. Elke slok is anders, je blijft verrast worden. Net als Zuid-Duitsland: vaak onderschat, nooit overtroffen…